26 november 2025 Kari Jasperse en Tim Immerzeel
De Tweede Kamerverkiezingen zijn net achter de rug en de formatie is begonnen. In aanloop naar de verkiezingen werden partijen op allerlei onderwerpen met elkaar vergeleken, bijvoorbeeld via stemwijzers of thematische overzichten zoals die van BNNVARA over klimaatbeleid. Verkiezingsprogramma’s laten goed zien hoe politieke partijen op een bepaald moment denken over belangrijke maatschappelijke thema’s. Nu de partijen aan de onderhandelingstafel zitten, willen we kijken hoe de ideeën van de zes partijen met de grootste zetelaantallen over klimaatbeleid aansluiten bij recente adviezen van belangrijke adviesorganen, die momenteel afwisselend aanschuiven bij deze onderhandelingsgesprekken.
De Wetenschappelijke Klimaatraad (WKR), de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) en het Sociaal Cultureel Planbureau (SCP) publiceerden onlangs adviezen en rapporten waarin ze vooral aandacht vragen voor de sociaal-maatschappelijke kanten van klimaatbeleid. Deze adviezen, bedoeld voor zowel oppositie als regering, baseren zich op wetenschappelijk onderzoek en helpen politici bij het opstellen van toekomstig beleid. Steeds meer experts benadrukken namelijk dat klimaatbeleid niet alleen gaat over technische oplossingen, maar ook over de manier waarop klimaatverandering verweven is met maatschappelijke kwesties zoals ongelijkheid, burgerbetrokkenheid, gedragsverandering en sociale veerkracht. Daarbij spelen vragen als: Houdt beleid rekening met verschillen tussen groepen? Worden burgers goed betrokken bij besluitvorming? Wordt er gestuurd op andere manieren van leven en werken? En hoe kan de sociale weerbaarheid van mensen worden versterkt zodat zij zich beter kunnen aanpassen aan klimaatverandering?
In navolging van het recente rapport van het SCP Kwesties voor het kiezen (2025) en de WRR Mens en klimaat (2025) kiezen we drie sociaal-maatschappelijke thema’s: klimaatrechtvaardigheid, burgerbetrokkenheid en sociale weerbaarheid. We voegen daar vanuit het WKR-rapport Met iedereen de transities in (2023) een vierde sociaal-maatschappelijk thema aan toe: het stimuleren van duurzame keuzes en gedrag. In dit artikel bekijken we hoe de zes grootste partijen met deze thema’s omgaan in hun verkiezingsprogramma’s. Hiermee proberen we antwoord te geven op de vraag in hoeverre de Nederlandse politiek meer sociaal-maatschappelijk klimaatbeleid gaat voeren. Kunnen partijen het hierover eens worden? En hoe ver liggen de ideeën van de partijen eigenlijk bij elkaar vandaan?
Achtergrond: klimaatadaptatie en -mitigatie
Klimaatbeleid bestaat uit twee belangrijke deelterreinen: klimaatadapatie- en klimaatmitigatiebeleid. Het adaptatiebeleid gaat over beleid dat ingaat op hoe we ons moeten aanpassen aan de gevolgen van klimaatverandering. Nederland zal namelijk steeds meer en vaker geconfronteerd worden met hitte, overstromingen, droogte en zeespiegelstijging (KNMI, 2023): dat vraagt van burgers dat ze zich daar tegen kunnen wapenen. Het mitigatiebeleid gaat in op hoe we klimaatverandering kunnen verminderen – en dan vooral hoe we de uitstoot van broeikasgassen kunnen verminderen. In meerdere of mindere mate besteden partijen aandacht aan beide typen beleid (SCP, 2025). Partijen besteden aan beide onderwerpen aandacht, maar vaak vooral aan concrete technische maatregelen. De vraag is: hoe sterk komt de maatschappelijke kant van klimaatverandering terug in hun plannen?
Sociale ongelijkheid en klimaatrechtvaardigheid
In verschillende wetenschappelijke studies wordt beargumenteerd dat klimaatbeleid meer draagvlak heeft wanneer het als rechtvaardig wordt beschouwd (SCP, 2025). Wordt er in het beleid bijvoorbeeld rekening gehouden met hoe mensen in de laagste inkomensgroepen zich kunnen wapenen tegen de gevolgen van klimaatverandering (denk aan hittestress en energiearmoede) en bij kunnen dragen aan vermindering van de uitstoot van broeikasgassen (zoals de mogelijkheden tot isolatie van het huis, subsidiëring van duurzamere, elektrische voertuigen)? Maar ook: zou het niet eerlijker zijn om degene die het meest bijdragen aan vervuiling, meer mee te laten betalen aan de vermindering van uitstoot, het ‘vervuiler-betaalt-principe’? Hoe houden de verschillende politieke partijen rekening met dit rechtvaardigheidsprincipe?

De klimaatcrisis raakt ons allemaal, maar niet iedereen even hard. Daarom zorgt D66 voor een eerlijke verdeling van de kosten en de opbrengsten van de energietransitie. Zo maken we de omslag naar schone energie socialer en rechtvaardiger.
- We luisteren naar de groepen die het hardst door de klimaatcrisis geraakt worden, zoals vrouwen, jongeren en Inheemse groepen.
- We ondersteunen mensen met lage inkomens bij verduurzaming van hun woning. Denk aan subsidies, persoonlijk advies en energiecoaches. Zo daalt de energierekening en stijgt het wooncomfort.
- Voor de vele mensen voor wie de rekening nú al onbetaalbaar is, maakt D66 het Noodfonds Energie structureel en het budget groter. Zo blijft niemand in de kou terwijl we de energietransitie versnellen.
- We gaan sneller aan de slag om alle huizen in Nederland energiezuinig te maken. Dat is goed voor de portemonnee en voor het klimaat. De overheid gaat actief stimuleren dat wooneigenaren en verhuurders gaan investeren in warmtepompen, zonneboilers en warmtenetten.
- Iedereen kan meedoen met zonne-energie, of je nu wel of geen eigen dak hebt dat daar geschikt voor is. We zorgen voor manieren om zonnepanelen te huren. En we helpen energiecoöperaties die bijvoorbeeld buurtbatterijen of een project met zonnepanelen willen opzetten.
- De energiebelasting wordt gesaldeerd om stapelen van energiebelasting te voorkomen en daarmee gereguleerd gebruik van thuisbatterijen en vehicle to grid (v2g) te stimuleren.
- Inwoners krijgen een aandeel in lokale energieprojecten. Bewoners kunnen delen in de opbrengst van energie en krijgen daar zeggenschap over via coöperaties of participatiefondsen.
- In het Caribisch deel van het Koninkrijk zijn de gevolgen van de klimaatcrisis pijnlijk zichtbaar. We versnellen de gezamenlijk klimaatagenda en maken met de BES-eilanden (Bonaire, SintEustatius en Saba) een klimaatplan voor elk eiland.
- Om de fossiele subsidies sneller af te bouwen wordt een vlaktaks voor energiebelasting op aardgas en elektriciteit ingevoerd. Door deze vlaktaks wordt dit stelsel eenvoudig om uit te voeren en te controleren door de belastingdienst. Tevens zorgt de vlaktaks voor klimaatrechtvaardigheid tussen grote bedrijven, het MKB en de huishoudens. D66 zal in Europa motiveren om daar ook de vlaktaks op energiebelasting door te voeren.
D66 besteedt in haar verkiezingsprogramma veel aandacht aan een rechtvaardige verdeling van de kosten en baten van klimaatverandering. Ze houdt rekening met groepen die het hardst geraakt worden door de klimaatcrisis en ondersteunt diegenen die niet mee kunnen komen in de verduurzaming.

Met een steeds hogere energiebelasting heeft de overheid gas bewust heel duur gemaakt. De bedoeling daarvan is dat huishoudens van het gas áf gaan en verduurzamen, want dat is “beter voor het klimaat”. Veel mensen kunnen niet rondkomen en hebben al helemaal geen geld voor een dure warmtepomp. Zij worden gestraft met een torenhoge gasrekening. Ruim een half miljoen huishoudens leven in energiearmoede! Dat is onaanvaardbaar. Energie is geen luxe, maar een basisbehoefte. De Nederlanders betalen het hoogste btw-tarief over hun energierekening, terwijl dat in andere Europese landen veel lager is. Dat is niet uit te leggen.
- Btw op energie omlaag van 21 naar 9%
- Het ministerie van Klimaat en Groene Groei wordt het ministerie van Betaalbare Energie
- Geen verplichte warmtepomp, niet verplicht van het gas af
PVV ziet energiearmoede als probleem en stelt dat degene die in energiearmoede leven de dupe zijn van het huidig klimaatbeleid. Voor hen zit de oplossing dan ook niet in rechtvaardiger klimaatbeleid, maar eerder de afschaffing van klimaatbeleid en doorgaan op de fossiele weg. Juist om energiearmoede tegen te gaan.

Als we onze bedrijven ook in de toekomst willen laten floreren, als we onafhankelijk willen zijn van landen als Rusland en regimes in het Midden-Oosten, en als we onze eigen energievoorziening veilig en betaalbaar willen houden, dan is verduurzaming de weg. Daarmee nemen we het heft in handen en bouwen we aan een robuuste economie die bestand is tegen schokken van buitenaf. Economische groei en verduurzaming gaan hand in hand: beide zijn nodig om onafhankelijk te zijn van onvrije landen en om in de toekomst in een schoon land te leven. De toekomst van economische groei is duurzaam. Het gaat niet om opgelegde regels, maar om de keuze hoe we samen een welvarend, schoon en innovatief land kunnen zijn. Langs deze weg werken we door aan het halen van de klimaatdoelen.
- We helpen huishoudens en ondernemers te verduurzamen: Verduurzaming is dé weg naar een onafhankelijke, schone economie en een betaalbare energierekening. We zorgen er daarom voor dat iedereen mee kan doen: van isolatie en elektrisch rijden tot schonere productieprocessen. Verduurzaming moet effectief en realistisch zijn.
VVD richt zich in haar verkiezingsprogramma in het algemeen op een verlaging van lasten van alle huishoudens (inclusief degene met een lager inkomen). Verder stelt de partij dat iedereen aan verduurzaming mee moet kunnen doen. Hoe dat precies vertaalt in beleid is niet helemaal duidelijk n.a.v. het verkiezingsprogramma.

De klimaatcrisis is in volle gang. We zien de gevolgen dagelijks: extreem weer, droogte, overstromingen, hitte en verlies aan biodiversiteit. Dat komt doordat we te lang marktwerking en winsten hebben geplaatst boven het algemeen belang, met uitbuiting van mens en planeet als gevolg. Bovendien zijn de oorzaken en gevolgen van deze crisis ongelijk verdeeld: terwijl grote vervuilers zorgen voor de meeste problemen, komt de rekening bij gewone mensen te liggen. GroenLinks-PvdA kiest voor een rechtvaardige klimaatpolitiek die mens, dier en planeet beschermt.
- Klimaatrechtvaardigheid. We staan voor een grote verbouwing van Nederland. De aanpak van de klimaat- en natuurcrises zal effect hebben op hoe we wonen, werken, reizen en eten. Daarmee is klimaatbeleid ook sociaal beleid, en daarom stellen wij klimaatrechtvaardigheid centraal. De rekening hoort bij de grote vervuilers te liggen, niet bij mensen die het minste bijdragen aan klimaatverandering. Dit principe passen we zowel nationaal als internationaal toe. Zo grijpen we de klimaattransitie aan om de brede welvaart te vergroten – met gezondere lucht, een betaalbare energierekening, goed en lokaal voedsel, een comfortabele woning, en eerlijke, duurzame ontwikkelingskansen.
- Solidariteit als uitgangspunt. Klimaatbeleid werkt alleen als het eerlijk is. Nu profiteren vooral mensen met geld die gebruik kunnen maken van subsidies voor een auto of warmtepomp. Maar voor veel mensen zijn die opties onbereikbaar. We helpen hen af te dwingen dat vervuilers, verhuurders en werkgevers hun verantwoordelijkheid nemen. Solidariteit geldt ook internationaal. De winning van grondstoffen die nodig zijn voor onze energietransitie moet daarom duurzaam, eerlijk en rechtvaardig plaatsvinden. Zo verdelen we de kosten en baten van klimaatactie eerlijk, nationaal en internationaal.
- Vervuiling heeft een prijs. Fossiele vervuilers ontvangen nu tientallen miljarden aan subsidies voor hun vervuilende activiteiten. Deze fossiele subsidies zetten duurzame bedrijven op achterstand en houden de fossiele economie in stand. We bouwen fossiele subsidies zo snel mogelijk af, zoveel mogelijk in Europees verband, maar met de afbouw van Nederlandse fossiele subsidies wachten we niet op Europa.
- Ook Bonaire, St. Eustatius en Saba doen mee. We werken samen met Bonaire, St. Eustatius en Saba zodat ook zij zich kunnen aanpassen aan klimaatverandering, net zoals andere Nederlandse gemeenten. Inwoners worden betrokken en we stellen kennis en middelen beschikbaar.
- Wijkaanpak verduurzaming en leefbaarheid. Oude wijken en dorpen met veel sociale huur zijn vaak slecht voorbereid op klimaatverandering. Slechte isolatie leidt tot een hoge energierekening en longaandoeningen door schimmel, hitte tot risico’s voor ouderen en andere kwetsbare groepen, verouderde schoolgebouwen tot slechte concentratie bij leerlingen en daardoor slechtere leerprestaties. We vergroten leefbaarheid door verduurzaming via een gerichte wijkaanpak.
- Huurders hebben recht op een goede woning. Huurders betalen letterlijk de rekening als verhuurders weigeren een woning te isoleren. Wij leggen daarom de verantwoordelijkheid waar die hoort: bij de verhuurder.
- Kopers worden ondersteund. Mensen met een koopwoning die niet weten hoe te verduurzamen, ontvangen een deskundig advies over de mogelijkheden. Huiseigenaren met onvoldoende spaargeld kunnen een beroep doen op voordelige leningen.
- Betaalbare energierekening. Isolatie is de enige structurele oplossing voor een betaalbare energierekening, maar niet alle woningen zullen van vandaag op morgen zijn verduurzaamd. Daarom komen we in de tussentijd kwetsbare huishoudens tegemoet met een structureel energienoodfonds, dat huishoudens helpt die hun energierekening niet kunnen betalen. Huurders die door de abrupte afschaffing van de salderingsregeling moeten toeleggen op zonnepanelen komen we tegemoet.
GLPvdA richt zich in haar programma nadrukkelijk op klimaatrechtvaardigheid en solidariteit. Ze heeft dit als belangrijkste uitgangspunten voor het klimaatbeleid. Daarbij richt ze zich op extra ondersteuning van degene die moeilijk zelf kunnen isoleren of verduurzamen en het vergroten van de verantwoordelijkheid van diegene die juist veel bijdragen aan de uitstoot van broeikasgassen.

De aarde is een kostbaar geschenk dat we in bruikleen hebben. We moeten goed op de aarde passen. Voor onszelf en voor de generaties na ons. Steeds vaker zien we de gevolgen van klimaatverandering. De verandering naar een duurzame wereld vraagt daarom om duidelijke politieke keuzes. Keuzes voor een ambitieus Europees klimaatbeleid. Voor schone energie. Behapbare kosten voor inwoners. En voor minder afhankelijkheid van andere landen.
- Een goed geïsoleerd huis voor iedereen. Ook mensen met een lager inkomen moeten in een goed geïsoleerd huis kunnen wonen. Daarom steunen we de afspraken over verduurzaming met woningcorporaties.
CDA is wat betreft klimaatrechtvaardige principes niet uitgesproken. Ze bespreekt de betaalbaarheid van energie en stelt dat mensen met een lager inkomen ook in een goed geïsoleerd huis moeten kunnen wonen. Bovendien bespreekt ze losjes intergenerationele rechtvaardigheid door te wijzen op het goed achter laten van de aarde aan de volgende generatie.
Energie is voor veel Nederlandse huishoudens een luxeproduct geworden. De energierekening moet per direct omlaag door belastingen fors te verlagen.
- De energierekening weer betaalbaar maken: geen sigaar uit eigen doos middels duur prijsplafond en energietoeslagen, maar forse verlaging van de energiebelasting en de btw op energie.
- De btw op energie verlagen.
- Het Opslag Duurzame Energie-onderdeel binnen de energiebelasting schrappen.
JA21 is in haar idee over klimaatrechtvaardigheid tamelijk helder: de energierekening moet omlaag voor iedereen en dat betekent een stevige verlaging van bijvoorbeeld de energiebelasting en de btw op energie.
Betrokkenheid van burgers
Meerdere wetenschappelijke studies hebben laten zien dat burgers die zich zorgen maken over klimaatverandering en veel vertrouwen hebben in de politiek, ook meer geneigd zijn om klimaatbeleid te ondersteunen (bijv. Fairbrother, Sevä & Kulin, 2019; Kulin & Sevä, 2021). Initiatieven die burgers mee laten praten over (klimaat)beleid kunnen significant bijdragen aan een groter vertrouwen in de politiek, parlement, politici en democratie (Boulianne, 2018). Ook het WKR en het SCP adviseren om actief burgers te betrekken bij besluitvorming rondom klimaatmaatregelen. Door de directe(re) vormen van (deliberatieve) democratie in te voeren wordt het makkelijker om rechtvaardig en legitiem (klimaat)beleid op te stellen en te implementeren. Hoe kijken de verschillende partijen aan tegen betrokkenheid van burgers bij de aanpak van beleid in zijn algemeenheid en van klimaatbeleid in het bijzonder?

Alleen als de democratie en de rechtsstaat stevig staan, kunnen we samen de grote doorbraken realiseren voor wonen, klimaat, onderwijs, zorg en economie. D66 wil de democratie beschermen én vernieuwen. Zo krijgt iedereen de ruimte om mee te praten, invloed te hebben en zeker te zijn van een eerlijk proces. We maken de politiek opener, luisteren beter, maken duidelijke keuzes en leggen eerlijk verantwoording af. Want alleen als mensen vertrouwen voelen, werkt democratie voor ons allemaal. Het eigenbelang van ‘niet in mijn achtertuin’ is te vaak sterker dan het belang van een woningzoekende om een huis te vinden of van ondernemers om te kunnen vergroenen. D66 wil dat doorbreken.
- We luisteren naar de groepen die het hardst door de klimaatcrisis geraakt worden, zoals vrouwen, jongeren en Inheemse groepen.
- Sommige groepen worden slecht gehoord in onze democratie. Onder andere jongeren hebben te weinig zeggenschap en mensen met een praktische opleiding zijn structureel ondervertegenwoordigd. Ook mensen met een beperking worden onvoldoende gehoord. We passen het kiesstelsel aan zodat mensen meer invloed krijgen op de samenstelling van de volksvertegenwoordiging.
- We breiden het stemrecht uit naar zestien- en zeventienjarigen. Toekomstige generaties krijgen te weinig aandacht in de democratie. Daarom komt er een Ombudsman voor toekomstige generaties.
- We maken referenda mogelijk om wetgeving te stoppen. Ook organiseren we vaker burgerfora om mensen zelf aan het woord te laten over de grote thema’s in ons land.
- Actief burgerschap versterkt de democratie. D66 stimuleert en faciliteert daarom bijvoorbeeld vrijwilligerswerk.
- D66 wil inspraak bij de start beter organiseren. De gemeenteraad krijgt de mogelijkheid om minimale eisen voor participatie op te leggen. Zo worden de meningen en belangen van alle betrokkenen vanaf het begin goed afgewogen.
- Het debat over wat waar gebouwd mag worden, hoort thuis in de gemeenteraad. Bezwaarmakers moeten daar hun zorgen uiten.
D66 besteedt in haar verkiezingsprogramma in zijn algemeenheid aandacht aan de stem van groepen mensen die structureel ondervertegenwoordigd zijn in politieke besluitvorming, zoals jongeren, vrouwen en Inheemse groepen. Daarbij stelt ze dat dit mogelijk ook kan helpen bij de aanpak van thema’s als klimaat. Expliciet wordt er gerefereerd aan burgerfora en stemrechtuitbreiding naar 16- en 17-jarigen. Echter, het Klimaatburgerberaad dat door Jetten, als minister van Klimaat, is opgezet, krijgt geen specifieke aandacht. Wel krijgt de gemeenteraad meer kaders om burgers te betrekken bij participatie.

Veel burgers raken steeds meer vervreemd van hun eigen volksvertegenwoordiging en vragen zich terecht af óf zij nog wel worden vertegenwoordigd. Juist die burgers wil de PVV wél een stem geven. Wij willen échte directe democratie – geen onzinnige, nietszeggende burgerberaden. Wij steunen de nu in het parlement voorliggende Grondwetswijziging voor een bindend correctief referendum. Daarnaast willen we zoveel mogelijk inspraak via laagdrempelige landelijke én lokale referenda. Nederland is één van de weinige landen in Europa waar burgemeesters niet worden gekozen, maar benoemd. De PVV wil rechtstreeks gekozen burgemeesters.
- Bindend correctief referendum invoeren
- Laagdrempelige landelijke en lokale referenda
- Gekozen burgemeesters
PVV ziet burgerberaden (zoals die rond het klimaat) niet zitten, maar wil liever inzetten op referenda, zowel nationaal als lokaal.

Een sterke democratie: De samenleving wacht niet op de politiek.
- Daarom willen we dat de termijn tussen de val van een kabinet en nieuwe verkiezingen op zorgvuldige wijze flink wordt verkort. Het is namelijk niet goed voor Nederland als er te lang geen missionaire regering is. Stemmen vanuit het buitenland moet eenvoudiger worden gemaakt. We zijn voor een beperkte kiesdrempel van 2% omdat dit leidt tot minder versnippering en daarmee meer tijd voor inhoudelijk debat in de Tweede Kamer. We handhaven het huidige systeem van evenredige vertegenwoordiging, zodat elke stem gehoord wordt. Voor de stabiliteit van het bestuur willen we dat een kabinet in beginsel de rit van vier jaar uitzit. We willen dat op termijn stemcomputers worden gebruikt, wanneer dit veilig kan. We zijn tegenstander van referenda.
- Lokale democratie: We hebben vertrouwen in de lokale democratie en kiezen voor meer bestedingsvrijheid voor gemeenten en provincies en dus voor minder specifieke uitkeringen. We zorgen dat dezelfde verantwoordelijkheden niet op verschillende bestuurslagen belegd zijn, dat decentralisatie van taken zorgvuldig gebeurt en dat geld en taken voor gemeenten en provincies in balans zijn. We koesteren de neutrale positie van de burgemeester en de commissaris van de Koning boven de partijen en voor alle inwoners. Daarom zijn we tegen de gekozen burgemeester en de gekozen commissaris van de Koning.
VVD richt zich in haar verkiezingsprogramma in het algemeen op het in stand houden van de huidige parlementaire democratie: geen referenda, geen gekozen burgemeester, geen gekozen Commissaris van de Koning. Over burgerinspraak bij (klimaat)beleid wordt niet gesproken. Wel wil ze de lokale democratie versterken.

Democratie, rechtsstaat en gelijke rechten De rechtsstaat is het fundament van onze democratie. Ze beschermt mensen tegen willekeur, discriminatie en machtsmisbruik, en waarborgt vrijheid en gelijke rechten. Maar dat fundament staat onder druk. Door politici die uithalen naar rechters, journalisten, wetenschappers en burgemeesters, en die bevolkingsgroepen wegzetten. Die democratie steeds vaker uitleggen als enkel de wil van de meerderheid, terwijl het beschermen van minderheden en mensenrechten juist een onmisbaar onderdeel zijn van democratie.
- Leve de democratie. Democratie is een groot goed. Ons systeem werkt alleen als iedereen mee kan en wil doen. En daarbij telt iedere stem. We stimuleren iedereen om naar de stembus te gaan bij verkiezingen. De drempels hiervoor maken we zo laag mogelijk, bijvoorbeeld door briefstemmen mogelijk te maken, toegankelijke stemlokalen te verzorgen en de drempels voor stemmen vanuit het buitenland weg te nemen. Het correctief referendum stelt burgers daarnaast in staat invloed uit te oefenen op landelijk beleid. We streven naar het op termijn invoeren van een parlementaire republiek.
- De stem van jongeren. We willen jongeren veel meer dan nu betrekken bij de politieke besluitvorming. We verlagen de kiesgerechtigde leeftijd naar 16 jaar en we rollen een campagne uit om de opkomst onder jongeren te verhogen. Deze campagne richt zich ook expliciet op mbo-studenten en kwetsbare jongeren, en roept jongeren niet alleen op om te stemmen, maar ook om actief te worden bij maatschappelijke of politieke organisaties. Omdat we zien hoe een stapeling van problemen bij veel jongeren tot een uitgesteld leven leidt, gaan we een Nationale Jeugdstrategie ontwikkelen
- Caribische delen van het Koninkrijk doen volwaardig mee. De achterstelling van Nederlanders die op Aruba, Curaçao en Sint-Maarten wonen wordt beëindigd: ook zij krijgen stemrecht voor de Tweede Kamer en invloed op de samenstelling van de Eerste Kamer. We versterken de positie van volksvertegenwoordigers uit Bonaire, Saba en Sint-Eustatius. Ook breiden we de eilandsraden uit zodat zij net zoveel zetels tellen als de gemeenteraden van Nederlandse gemeenten van vergelijkbare grootte.
- Vervuiling heeft een prijs. Fossiele vervuilers ontvangen nu tientallen miljarden aan subsidies voor hun vervuilende activiteiten. Deze fossiele subsidies zetten duurzame bedrijven op achterstand en houden de fossiele economie in stand. We bouwen fossiele subsidies zo snel mogelijk af, zoveel mogelijk in Europees verband, maar met de afbouw van Nederlandse fossiele subsidies wachten we niet op Europa.
- Ook Bonaire, St. Eustatius en Saba doen mee. We werken samen met Bonaire, St. Eustatius en Saba zodat ook zij zich kunnen aanpassen aan klimaatverandering, net zoals andere Nederlandse gemeenten. Inwoners worden betrokken en we stellen kennis en middelen beschikbaar.
GLPvdA heeft het in haar partijprogramma in zijn algemeenheid over meer aandacht voor jongeren en mensen die wonen in de Caribische delen van het Koninkrijk. Ze is voor meer burgerbetrokkenheid via een correctief bindend referendum. Specifiek stelt ze dat inwoners van de Caribische gemeentes en landen betrokken moeten worden bij besluitvorming en beleid die helpt bij de klimaatadaptatie: het aanpassen aan klimaatverandering.

Een vrije democratie blijft alleen mogelijk als we het democratisch ethos versterken: als we samen verantwoordelijkheid nemen. Voor elkaar, voor de waarheid en voor de toekomst van onze democratische instituties en de rechtsstaat. Niet alleen binnen de muren van het parlement of de rechtszaal, maar juist ook in de samenleving zelf – in actief burgerschap, in het voorleven van democratische waarden, in respectvolle omgang met andersdenkenden.
- We behouden de Maatschappelijke Diensttijd (MDT) voor jongeren tussen twaalf en dertig jaar die niet deelnemen aan de militaire opkomstplicht. Zij zetten zich een deel van hun tijd in voor de samenleving of de zorg.
CDA ziet wat betreft actief burgerschap vooral een rol gelegd voor de maatschappelijke diensttijd. Er wordt niet gerept over andere vormen van directe democratie of burgerbetrokkenheid bij (klimaat)beleid. Zoals we hieronder bij sociale weerbaarheid zien, ziet ze meer in ondersteuning van maatschappelijk engagement via buurtverenigingen en bewonersinitiatieven.
Een betrouwbare overheid zorgt voor invloed en betrokkenheid van de inwoners van dit land bij het beleid dat hen raakt. Ook ná de verkiezingen. Een referendum, een gekozen burgemeester en een bredere toegang tot publieke functies zijn noodzakelijk om het vertrouwen in de overheid te herstellen.
- Bindende referenda.
- Een gekozen burgemeester.
- Het gesloten bestuurdersbastion doorbreken: niet politieke achtergrond, maar kwaliteit als criterium.
JA21 vindt dat burgers meer betrokken mogen worden bij politieke besluitvorming via bindende referenda en een gekozen burgemeester. Echter, ze spreekt niet over specifieke manieren om burgers meer te betrekken bij (klimaat)beleid.
Sturen op duurzame keuzes en gedrag
Om bij te kunnen dragen aan vermindering van uitstoot van broeikasgassen is verduurzaming van consumptiepatronen volgens meerdere adviesorganen noodzakelijk (het WKR (2023), maar bijvoorbeeld ook TNO (2023, 2025)). Volgens de WKR is dit een opgave voor én consumenten én bedrijven én overheden. Hieronder laten we zien hoe de verschillende partijen denken over het sturen op duurzaam gedrag.

D66 kiest voor mobiliteit die werkt voor iedereen: groen, dichtbij en betaalbaar. In steden én op het platteland. Zodat niemand meer vastloopt. We verbeteren en versterken de bestaande infrastructuur. We investeren in infrastructuur die nog mist, met name in het openbaar vervoer en gaan volop verder met verduurzamen. Want hoe we ons verplaatsen, bepaalt hoe vrij we zijn. Én hoe verbonden we blijven met elkaar.
Voor duurzaam voedsel is niet alleen verandering in de landbouw nodig, maar ook ruimte voor vernieuwing. D66 zet daarom vol in op een overgang van dierlijke naar natuurlijke eiwitten, die de natuur én de economie vooruithelpt.
- MOBILITEIT
- Treinreizen in Europa moet makkelijker worden door een betere aansluiting op het hogesnelheidsnetwerk en een Europese Spoorautoriteit. Het openbaar vervoer voor afstanden tot 700 kilometer moet goedkoper zijn dan het vliegtuig.
- We werken aan duurzame internationale veerbootverbindingen voor bestemmingen die lastiger met de trein te bereiken zijn, en investeren in bestaande veerhavens
- D66 wil de automobiliteit verduurzamen en zo de uitstoot van CO2, stikstof en fijnstof terugdringen. We maken autorijden eerlijker door rekeningrijden in te voeren: niet langer het bezit maar het gebruik van de auto wordt belast. We houden rekening met regio’s waar weinig ov is, zodat mensen daar niet onevenredig worden belast.
- We stimuleren betaalbare elektrische auto’s met subsidies en belastingvoordelen. We moedigen werkgevers aan om hun werknemers (zo) duurzaam (mogelijk) te laten reizen en bouwen fiscale voordelen voor niet-elektrische en hybride bedrijfswagens af.
- Gemeenten krijgen hulp bij het invoeren van emissievrije zones. Het Rijk neemt hierin de leiding waardoor het voor gemeenten makkelijker wordt om in te voeren en voor ondernemers duidelijker waar ze aan moeten voldoen.
- Dankzij de luchtvaart kunnen we internationaal zakendoen of vakantie vieren en overal ter wereld wonen, werken en studeren. Maar de negatieve gevolgen van vliegen op het klimaat en de leefomgeving van mensen worden steeds zichtbaarder. Een kleine groep mensen vliegt veel vaker dan anderen. Daarom komt er een eerlijke, effectieve en rechtvaardige vliegbelasting met verschillende belastingtarieven. Ook investeren we in duurzame innovaties.
- Er komt een grens aan hoeveel vluchten er vanaf Schiphol mogen vertrekken. Dit is onderdeel van de nieuwe regels voor Schiphol, met normen voor uitstoot, geluid, water en klimaat. We kijken kritisch naar de functie van Schiphol als spil in het wereldwijde luchtverkeer, op basis van de toegevoegde waarde voor Nederland. Een betere balans is nodig.
- Lelystad Airport gaat niet open voor burgerluchtvaart.
- VOEDSEL
- Nu gaat het meeste geld en aandacht uit naar dierlijke eiwitten. Maar kweekvlees, plantaardige eiwitbronnen zoals algen en fermentatietechnieken zijn schoner, schaalbaar en toekomstgericht. We kunnen de eiwittransitie versnellen door grote hoeveelheden al in Nederland geproduceerd plantaardig eiwit een hogere gebruikswaarde te geven. Dat draagt ook bij aan de vermindering van het stikstofprobleem. Nederland heeft alles in huis om hierin voorop te lopen: kennis, startups en een groeiende markt.
- De overheid moet deze voedselinnovaties helpen versnellen. Denk aan snellere toelating, gerichte investeringen en Europese samenwerking. Zo wordt onze voedselsector gezond voor mens en planeet, én goed voor de economie.
- ENERGIE
- We ondersteunen mensen met lage inkomens bij verduurzaming van hun woning. Denk aan subsidies, persoonlijk advies en energiecoaches. Zo daalt de energierekening en stijgt het wooncomfort.
- CONSUMPTIE
- Om reparatie aantrekkelijker te maken, hanteren we het lage BTW-tarief voor reparaties, zoals schoenmakers en telefoonreparaties.
- Elk product krijgt een digitaal paspoort met informatie over de herkomst en samenstelling van het product, en hoe het te recyclen is. Hiermee dringen we ook fast fashion terug.
- Er komt een nationaal actieplan tegen ultrafast fashion, dat aansluit bij de Europese textielstrategie.
- In 2050 is Nederland volledig circulair. In 2030 is het gebruik van nieuwe grondstoffen al gehalveerd. Overheden geven het goede voorbeeld: in 2035 is minstens de helft van hun aanbestedingen circulair en in 2045 alles. We maken per sector circulaire doelen, zoals voor de bouw, textiel, plastics en metalen. Daarmee stimuleren we innovatie, zorgen we dat iedereen bijdraagt en dat sectoren gericht kunnen verduurzamen.
- Producenten blijven verantwoordelijk voor hun producten, van introductie en verkoop tot hergebruik of recycling aan het einde van de levensduur.
- Gebouwen krijgen een materialenpaspoort. Daarin staat precies welke materialen zijn gebruikt. Zo gaan productiematerialen later niet verloren en kunnen ze worden hergebruikt.
- We zorgen dat producenten verantwoordelijk zijn voor het afvalbeheer van de producten die ze in Nederland verkopen. Ook stellen we eisen aan hoe goed producten te repareren zijn.
- Kritieke grondstoffen zijn essentieel voor onze economie. In de praktijk zijn we afhankelijk van internationale productieketens. Europees zetten we in op het verbieden van wegwerpartikelen met kritieke materialen, zoals vapes of thermometers. Nationaal investeren we in recyclingcapaciteit om deze grondstoffen in de Nederlandse en Europese economie te houden.
- INDUSTRIE
- D66 stelt duidelijke grenzen aan vervuilende industrie. Duurzaamheid is de norm en vervuiling krijgt een voorspelbare prijs: de ‘echte’ prijs. Vervuilende bedrijven zullen hierdoor fors investeren in een energiezuinige en schone productie.
- D66 wil fossiele subsidies sneller afbouwen en geeft ruimte aan duurzame innovatie. Dit bespaart miljarden euro’s en zorgt voor een gelijk speelveld voor duurzame bedrijven.
- Om de fossiele subsidies sneller af te bouwen wordt een vlaktaks voor energiebelasting op aardgas en elektriciteit ingevoerd. Dit ter vervanging van het degressieve stelsel van energiebelasting. Door deze vlaktaks wordt dit stelsel eenvoudig om uit te voeren en te controleren door de belastingdienst. Tevens zorgt de vlaktaks voor klimaatrechtvaardigheid tussen grote bedrijven, het MKB en de huishoudens. D66 zal in Europa motiveren om daar ook de vlaktaks op energiebelasting door te voeren.
- We stellen per sector een duidelijke einddatum voor fossiele technieken en we maken duidelijke plannen voor de overstap naar duurzame alternatieven. Zo weten bedrijven waar ze aan toe zijn en kunnen investeerders duurzame keuzes maken. De overheid zorgt voor de juiste voorwaarden: van vergunningen en netaansluiting tot passende regels.
- D66 wil dat Nederland vooroploopt in de schone maakindustrie: van circulaire bouwmaterialen en groene chemie tot biobased plastics en groene waterstof. Dit zijn sectoren waar innovatie, infrastructuur en afzetmarkt samenkomen.
- We treden op tegen bedrijven die zich groener voordoen dan ze zijn (greenwashing). We verminderen het aantal groene keurmerken. De keurmerken die overblijven krijgen strengere standaarden en worden beter gecontroleerd. Bedrijven die mensen misleiden met valse claims worden hard aangepakt met boetes.
D66 laat in haar verkiezingsprogramma op alle fronten (op mobiliteit, voedsel, energie, consumptie en industrie) zien zich in te zetten voor sturing op duurzaam gedrag en duurzame keuzes. Niet-duurzame praktijken worden afgebouwd middels boetes en verboden, en duurzame praktijken worden gestimuleerd door advies, subsidiëring en stimuleren van duurzaam initiatief. De verantwoordelijkheid voor deze opgave is gedeeld: zowel burgers, als bedrijven, als overheden moeten stappen gaan zetten.

Ook stoppen we met alle betutteling van de overheid, zoals de klimaatcampagne Zet ook de knop om: “gebruik een herbruikbaar tasje, gebruik wasbare luiers, eet vaker vega(n), maak je eigen compost, douche korter” – de lijst met belachelijke tips is eindeloos. Waar bemoeit de overheid zich mee! Het zijn totaal verkeerde, zinloze prioriteiten. Geen miljardenverspilling aan klimaatbeleid, maar een betaalbare energierekening.
- MOBILITEIT
- Geen rekeningrijden, geen verbod op de verkoop van brandstofauto’s, niet verplicht elektrisch rijden
- Maximumsnelheid op de snelweg verhogen naar 140 km/u waar dat veilig kan
- Afschaffen van alle zero-emissiezones, overal in het land
- Parkeerplekken niet exclusief voor elektrische auto’s, elke auto mag op elke parkeerplek staan
- Verlagen brandstofaccijns in 2026
- Betaalbare treinkaartjes: geen verdere prijsverhogingen
- Streek-ov behouden
- Schiphol mag groeien
- Lelystad Airport openen
- Vliegtaks wordt niet verder verhoogd
- Geen verplichte bijmenging van biobrandstoffen
- Geen gedwongen elektrificatie in de scheepvaart
- VOEDSEL EN CONSUMPTIE
- Geen klimaatcampagnes van de overheid, zoals Zet ook de knop om
- Geen klimaat- of woke-indoctrinatie op school.
- ENERGIE
- Geen verplichte warmtepomp, niet verplicht van het gas af
- Geen enkele nieuwe windturbine er meer bij; geen nieuwe zonneparken
- Terugtrekken uit het VN-Klimaatakkoord van Parijs
- Klimaatwet intrekken Klimaatfonds schrappen
- Klimaatberaad opdoeken
- SDE++ en andere klimaatsubsidies schrappen
- Geen ondergrondse CO2-opslag CO2-heffing afschaffen
PVV is duidelijk over klimaatbeleid en sturing op duurzaam gedrag: daar mag de overheid zich niet mee bemoeien. Burgers moeten volgens PVV vrij zijn om hun eigen keuzes te maken. Geen miljardenverspilling aan klimaatbeleid, maar een betaalbare energierekening, aldus het verkiezingsprogramma.

Een bloeiende luchtvaartsector is noodzakelijk voor het behoud van ons vestigingsklimaat en voor economische groei. Na jaren van maatschappelijk debat over de rol van Schiphol en de krimp van de luchtvaart als resultaat van dit debat, wil de VVD dat de luchtvaart in ons land weer kan groeien.
- MOBILITEIT
- Groei Schiphol: We kiezen ervoor dat Schiphol haar maximale aantal jaarlijkse vliegbewegingen uit kan breiden, en dat het aantal vluchten dus kan groeien. Dit is belangrijk om de hub-functie van Schiphol te kunnen beschermen. Dit is door de innoverende luchtvaartsector steeds beter mogelijk zonder dat omwonenden daar meer (geluids)hinder van ondervinden. We blijven dus tevens inzetten op minder geluidshinder. Daarnaast blijven we ons er ook voor inspannen dat er geen nachtsluiting komt voor Schiphol.
- Lelystad Airport: We openen Lelystad Airport voor zowel defensie- als burgerluchtvaart.
- Kosten van vliegen: Vliegen is voor vele Nederlanders dé manier om na een jaar hard werken op een welverdiende vakantie te gaan. De prijzen van vliegtickets zijn de laatste jaren echter hard gestegen. De VVD wil vliegen betaalbaar houden. We maken ons er daarom voor om geen nieuwe vliegbelastingen te introduceren en huidige belastingen niet te verhogen.
- Regionale luchthavens: Regionale luchthavens in Eelde en Maastricht krijgen alle ruimte om zich te ontwikkelen.
- Bloeiende luchtvaartmaatschappijen: We zijn trots op oer-Hollandse luchtvaartmaatschappijen als KLM. We zorgen er daarom voor dat het speelveld voor hen gelijk blijft ten opzichte van Europese concurrenten, zodat deze bedrijven een competitieve concurrentiepositie behouden
- Elektrisch rijden betaalbaar houden: We willen graag dat elektrisch rijden voor iedereen mogelijk wordt. Daarom blijven we ons inzetten voor betaalbaarheid. Het is daarbij belangrijk dat we de tweedehandsmarkt stimuleren, zodat een elektrische auto voor een bredere doelgroep interessanter wordt. We kijken naar een verbetering van de laadinfrastructuur, zodat de voorwaarden voor elektrisch rijden goed zijn.
- Betere internationale spoorverbindingen: Als we in de toekomst goedkoop met de trein naar Berlijn en snel naar Londen willen kunnen reizen, is het van belang dat we het Europese treinnetwerk versterken. Dit willen we doen door open toegang tot het spoorsysteem te verbeteren en ERTMS zo snel mogelijk uit te rollen.
- ENERGIE
- Wie groen investeert, profiteert: Woningeigenaren behouden de vrijheid om hun huis al dan niet te verduurzamen. We leggen geen nieuwe verplichtingen op. Voor wie vrijwillig groen investeert maken we het fiscaal aantrekkelijk om een nieuwe warmtepomp aan te schaffen. Daarom maken we groene investeringen deels aftrekbaar bij de belastingaangifte.
- Schrappen in de vve-regels: We passen verouderde regels aan die verenigingen van eigenaren (vve’s) nu nog in de weg zitten bij investeringen in energiebesparing en leefbaarheid op complexniveau. Bestaande splitsingsaktes zijn vaak niet meer aan te passen, en dat belemmert noodzakelijke verbeteringen. Daarom zorgen we voor een wettelijke correctie die verduurzaming op complexniveau mogelijk maakt.
- Sneller verduurzamen met minder bureaucratie: Huurrechtelijk maken we de 70%-instemmingsregel bij groot onderhoud en verduurzaming slimmer. Huurders die niet reageren, tellen niet meer mee voor het percentage. En als de totale woonlasten (huur plus energie) na de ingreep dalen, vervalt de instemmingsregel helemaal.
- Bouwen in het groen: Regels van provincies of gemeenten die bouwen in het groen tegenhouden, beperken we, zoals het Bijzonder Provinciaal Landschap in de Omgevingswet.
VVD zet als het gaat om luchtvaart niet in op verduurzaming, maar kiest juist voor het tegenovergestelde: meer (betaalbare) vluchten, zodat mensen op hun welverdiende vakantie kunnen. Wat betreft andere vormen van mobiliteit, stelt de VVD dat verduurzaming moet lonen en dat er vooral minder regels moeten zijn om dat mogelijk maken: elektrisch rijden moet niet te duur zijn, reizen met de trein moet makkelijker worden, huizen verduurzamen moet beloond worden. Kortom: sneller verduurzamen met minder bureaucratie en betaalbaarder voor de consument.

Klimaatrechtvaardigheid betekent dat we het samen doen. Mensen die moeite hebben met het betalen van de energierekening helpen we als eerst. We verlagen de nettarieven, en helpen mensen met het isoleren van hun woning en het plaatsen van zonnepanelen zodat de energierekening daalt. Huurders van wie de huisbaas de woning niet isoleert krijgen korting op de huur. En we maken het openbaar vervoer aantrekkelijker door de introductie van een Klimaatticket, waarmee iedereen voor 59 euro per maand onbeperkt met het ov kan reizen in daluren.
- MOBILITEIT
- Duurzame mobiliteit. Als we ons op een zo duurzaam mogelijke manier gaan verplaatsen, krijgen we daar veel voor terug: schone lucht, minder geluidsoverlast en meer biodiversiteit. Nieuwe grote volkshuisvestingslocaties worden altijd gekoppeld aan de ontwikkeling van projecten die duurzaam vervoer realiseren, zoals uitstekende loop- en fietsnetwerken, openbaar vervoer en deelmobiliteit. We elektrificeren alle treinlijnen in Nederland. En we investeren in voorzieningen en werkgelegenheid in de buurt.
- Duurzame reiskostenvergoeding. Naast de maximale- komt er ook een minimale reiskostenvergoeding waar werknemers recht op hebben. Reiskosten met het ov worden volledig betaald door de werkgever. Voor automobilisten wordt elektrisch de norm. Zo zorgen we ervoor dat in Nederland vanaf 2030 alleen nog elektrische voertuigen worden verkocht, inclusief brom- en snorfietsen. De leasesector gaat voor die tijd al over op 100% elektrische auto’s.
- Duurzame scheepvaart. Ook de scheepvaart moet vergroenen. Met nationaal en internationaal beleid stimuleren we de overgang naar schone brandstoffen.
- Treinen boven vliegen. We maken Nederland goed bereikbaar met internationale treinen en sluiten die goed aan op het binnenlandse vervoer. Er komt een eenvoudig boekingssysteem voor internationale treinreizen. In EU-verband zetten we ons in voor een groot netwerk van langeafstandsverbindingen die vaak rijden. We maken internationale treinkaartjes aantrekkelijker met accijnzen op kerosine en btw op vliegtickets.
- Krimp van het vliegverkeer. De luchtvaart moet verduurzamen. Om dat te stimuleren voeren we een CO₂-plafond en geluidsplafond in. Die dalen ieder jaar richting een klimaatneutrale luchtvaart in 2050. De hoogte van de vliegtuigbelasting wordt aangepast aan de milieu-impact van de vlucht. Daar maken we afspraken over met Europese partners. De vrijstellingen voor transferpassagiers vervallen en we stoppen met nachtvluchten en vluchten waarvoor een alternatieve treinverbinding bestaat. Daar bovenop worden programma’s die vaker vliegen bevorderen en privévluchten verboden. Lelystad Airport blijft dicht voor commerciële vluchten en onrendabele vliegvelden worden niet langer overeind gehouden.
- VOEDSEL
- Biologische landbouw. Biologische boeren laten al jaren zien dat het produceren van gezond en hoogwaardig voedsel met een kleine voetafdruk mogelijk is. Wij zetten daarom stevig in op uitbreiding van de biologische landbouw. We helpen GroenLinks-PvdA Verkiezingsprogramma 2025 59boeren bij het omschakelen en geven hen een eerlijke vergoeding voor het beheren van ons landschap. Ook stimuleren we het bijmengen van biologische producten en biologische inkoop.
- ENERGIE
- Biobased bouwen als norm. We maken biobased bouwen de norm in de woningbouw. Dat betekent grootschalige inzet van hernieuwbare en circulaire materialen zoals hout, hennep, vlas en mycelium in plaats van beton en staal. Gemeenten en woningcorporaties krijgen de opdracht en middelen om biobased bouwen structureel toe te passen bij nieuwbouw en renovatie.
- CONSUMPTIE
- Een einde aan verspilling. Het verbranden van recyclebare materialen en het vernietigen van nog bruikbare onverkochte goederen verbieden we. Verkopers moeten voedsel en andere producten eerst afprijzen en anders weggegeven. We stimuleren het delen van producten, en zetten in op levensduurverlenging, hergebruik, reparatie en recycling. Producenten worden verplicht om producten zo vorm te geven dat ze makkelijk gerecycled of hergebruikt kunnen worden.
- Plastic te lijf. Van microplastics in ons drinkwater tot plasticsoep in de oceaan: plasticvervuiling vormt een steeds grotere bedreiging voor onze natuur, gezondheid en leefomgeving. Het gebruik van nieuw plastic wordt tot een minimum beperkt. We stoppen met onnodige, schadelijke en moeilijk te recyclen verpakkingen en wegwerpplastics. Biologisch afbreekbare alternatieven worden gestimuleerd.
- INDUSTRIE
- Keuzes maken met groene industriepolitiek. Wij kiezen voor bedrijven die toekomst hebben in Nederland. Ruimte, personeel, energie, netcapaciteit en grondstoffen zijn namelijk schaars en de wereld verandert snel. Daarom helpen we bedrijven die passen in de schone en eerlijke economie van de toekomst, samen met Europese bondgenoten. Voor grootvervuilers die niet tijdig verduurzamen is geen plek in ons land. Zo maken we Nederland en de EU wereldleider in schone economie. We maken duidelijke afspraken met de industrie over hun toekomst. In de groene industriepolitiek mag een transitieplan voor de Rotterdamse haven dat in lijn is met de klimaatdoelen van Parijs niet ontbreken. Hierin moeten ook indirecte ketenemissies worden meegenomen. Bij de maatwerkafspraken met Tata Steel over de noodzakelijke overgang naar groen en schoon staal is een harde voorwaarde dat de gezondheidswinst voor omwonenden voorop staat. De adviezen van de expertgroep gezondheid IJmond zijn leidend.
- Vervuiling heeft een prijs. Fossiele vervuilers ontvangen nu tientallen miljarden aan subsidies voor hun vervuilende activiteiten. Deze fossiele subsidies zetten duurzame bedrijven op achterstand en houden de fossiele economie in stand. We bouwen fossiele subsidies zo snel mogelijk af, zoveel mogelijk in Europees verband, maar met de afbouw van Nederlandse fossiele subsidies wachten we niet op Europa. We voeren een volledig verbod in op reclames voor fossiele producten en diensten.
- Naast de wortel ook de stok. We helpen bedrijven die willen verduurzamen financieel, maar onder strenge voorwaarden. Zoals een geloofwaardig pad naar klimaatneutraliteit. We blijven niet eindeloos in gesprek met partijen die niet in de meewerkstand staan. Er komt een deadline voor het opstellen van een klimaatplan en als bedrijven zich niet houden aan afspraken wordt terugbetaling geëist. Naast financiële prikkels komt er ook stevige normering, bijvoorbeeld een uitbreiding van de energiebesparingsplicht en bindende besparingsdoelen per sector.
- Afbouw fossiele subsidies. Vrijstellingen en fiscale subsidies voor grootgebruikers en producenten van fossiele energie worden afgebouwd.
- Grote vervuilers betalen mee. We laten grote vervuilers een eerlijke bijdrage leveren aan de kosten van de duurzaamheidstransitie. Dat doen wij door het principe van ‘de vervuiler betaalt’ centraal te stellen in al ons klimaatbeleid. Dat bedrijven die veel CO₂ uitstoten, meer gaan meebetalen aan de kosten van de duurzaamheidstransitie, is wat ons betreft niet meer dan logisch.
GLPvdA zet in op verduurzaming op allerlei gebieden van mobiliteit tot industrie. Samen met D66 richt ze zich op de consument, op de overheid zelf én op het bedrijfsleven. Net als veel andere partijen wil ze verduurzaming van allerlei sectoren aanmoedigen middels beloningen, maar samen met D66 wil ze bedrijven die bijdragen aan vervuiling ook straffen en mogelijk uit Nederland laten vertrekken (wanneer die niet tijdig verduurzamen). Ze wil vliegen ook veel minder aantrekkelijk maken en juist het vliegverkeer laten krimpen.

Mobiliteit is dienstbaar aan gezinnen die op tijd bij school en werk willen zijn, aan senioren die zelfstandig naar de winkel of de huisarts willen, aan kinderen die veilig naar muziekles fietsen. Mobiliteit is een voorwaarde voor een hechte samenleving, waar we elkaar kunnen bereiken en ons veilig kunnen verplaatsen.
- MOBILITEIT
- We werken aan een mobiliteitsaanpak die vervuiling tegengaat en bijdraagt aan leefbaarheid, ruimtelijke kwaliteit en toegankelijkheid.
- We passen de wet aan, zodat het aanbieden van deelmobiliteit voor woningbouwcorporaties een dienst van algemeen economisch belang (DAEB) wordt voor betaalbare woningbouw in stedelijk gebied met lage parkeernormen.
- Samen met Europa investeren we in logistieke e-corridors met waterstof- en batterijtrucks, gekoppeld aan havens en economische regio’s aan TEN-T-corridors.
- We stimuleren zero-emissie-vrachtvervoer door het versnellen van laadinfrastructuur voor zware voertuigen via publiek-private samenwerking.
- We willen een sterke binnenvaart en duurzaam vervoer over water. Daarom investeren we in betrouwbare vaarwegen, sluizen en bruggen. En vervoer over water zetten we centraal in logistieke verduurzamingsplannen. We stimuleren zero-emissie-vervoer over water.
- We stimuleren gemeenten en provincies bij creatieve initiatieven die (duurzame) mobiliteit en flexvervoer organiseren. Dit is een logisch verlengstuk van het ov mits goed geïntegreerd en publiek toegankelijk. Provincies moeten ruimte hebben om deze in de OV-concessies mee te nemen.
- We hervormen de MRB, zodat deze beter aansluit bij de transitie naar elektrische auto’s door deze te heffen op voertuigoppervlak in plaats van gewicht.
- De economische waarde van de luchtvaart moet in harmonie komen met mens en milieu. De luchtvaart vervult een belangrijke rol in onze economie, maar moet ook verduurzamen qua CO₂-uitstoot, geluid en stikstof. Krimp of groei zijn geen doel op zich, maar een resultaat van de milieuruimte en gezondheidsruimte die beschikbaar is. We zorgen dat deze milieuruimte en gezondheidsruimte helder worden gedefinieerd. Te beginnen met het vastleggen van de huidige klimaatdoelen in een CO₂-plafond per luchthaven.
- Lelystad Airport wordt nu wel militair gebruikt, maar niet voor commerciële luchtvaart. Commercieel gebruik is alleen mogelijk wanneer aan randvoorwaarden is voldaan voor schoner en stiller vliegen en de problematiek met laagvliegroutes is opgelost.
- ENERGIE
- We investeren in collectieve warmtenetten en de ontwikkeling van duurzame warmtebronnen.
- We ondersteunen energiecoöperaties en bewonersinitiatieven met landelijke regelingen en gerichte begeleiding, vooral bij energiebesparing. Gemeenten spelen hierbij een actieve rol als aanjager. Lokale energiebesparingsprogramma’s, zoals energiecoaches en FIXbrigades, worden wijkgericht opgezet met sterke bewonersbetrokkenheid.
- We zetten in op zonnepanelen op daken, parkeerplaatsen en bedrijventerreinen, zodat landbouw- en natuurgronden behouden blijven voor voedsel en natuur. Voor innovatieve projecten die duurzame energie combineren met een goede landschappelijke inpassing bieden we ruimte.
- Gemeenten maken verplicht een verduurzamingsplan per wijk.
- We vereenvoudigen subsidies en besluitvorming om bij VvE’s verduurzaming mogelijk te maken. We willen shared incentives stimuleren.
- We blijven inzetten op het verduurzamen van woningen en het verbeteren van wooncomfort. Door zowel in te zetten op isoleren als op de overgang naar duurzame vormen van energie, bijvoorbeeld door waar mogelijk hybride warmtepompen de standaard te maken of in te zetten op warmtenetten.
- Tijdige realisatie van projecten op het gebied van Carbon Capture and Storage (CCS) is essentieel voor de verduurzaming van de industrie waarbij CO₂-uitstoot onvermijdelijk is. We beginnen zo snel mogelijk met het bouwen van de infrastructuur die nodig is om negatieve emissies (het onttrekken van CO₂ aan de atmosfeer) te realiseren en benutten daarvoor de locatie van minimaal één elektriciteitscentrale die in 2030 geen kolen meer verbrandt.
- CONSUMPTIE
- We leggen het recht op reparatie vast van hele gewone producten, zoals je smartphone. Dat is goedkoper voor de eigenaar en het bespaart waardevolle grondstoffen.
- We steunen een Europese grondstoffenheffing en strengere productnormering. Zo wordt gerecycled plastic goedkoper dan nieuw plastic.
- We zijn voor Europese normen voor een percentage groene grondstoffen in producten, bijvoorbeeld groen staal in de productie van auto’s.
- INDUSTRIE
- We ontwikkelen een langetermijnstrategie om groene industrie naar Nederland te halen en te behouden.
- We vertalen de Clean Industrial Deal naar Nederland voor het ontwikkelen van schone technologieën, circulaire productie en de vermindering van CO₂-uitstoot.
- We schrappen de nationale CO2-heffing.
- We willen Nederlandse toponderzoeksinstellingen beter in stelling brengen om innovatie aan te jagen. Wij zien grote kansen op het gebied van onder andere technologieën als groene chemie, waterstof, synthetische brandstoffen, groen gasproductie, efficiëntere CO₂-vrije opslag en flexibiliteit, negatieve emissies en kleine modulaire kernreactoren.
- We maken bindende en wederkerige maatwerkafspraken met de grootste vervuilende bedrijven om de bestaande industrie te verduurzamen en te bouwen aan een duurzame economie van de toekomst.
- We versterken het vertrouwen van consumenten in de duurzame economie door misleidende claims tegen te gaan. Daarom gaat de ACM strenger optreden tegen misleidende duurzaamheidsclaims, met sancties.
CDA wil op allerlei gebieden (zowel o.h.g.v. mobiliteit, energie, consumptie en industrie) vooral duurzaamheid stimuleren door te belonen en minder door te straffen, zoals D66 en GLPvdA benoemen. Op het gebied van stimuleren van duurzaam voedsel is de CDA minder uitgesproken, hoewel ze elders wel spreekt over het inzetten op circulaire landbouw. Ze richt zich in haar maatregelen op samenwerking tussen overheid, bedrijfsleven, verenigingen en burgers.
Meer vrijheid, minder regeldruk en lagere lasten voor onze ondernemers en ZZP’ers. Ook de maakindustrie moet voor Nederland behouden blijven. JA21 staat voor Nederlandse banen in plaats van outsourcing en het wegjagen van bedrijvigheid als gevolg van het Nederlandse klimaatbeleid.
- Winst en succes niet afstraffen
- Directe aftrek van investeringen in bedrijfsmiddelen
- Lagere belastingtarieven voor bedrijven
- Geen belastingen als pressiemiddel om Nederlanders een andere, ‘duurzamere’ levensstijl op te dringen.
- Behoud van vrijheid van autogebruik: verlaging van accijnzen, geen kilometerheffing en geen verbod op brandstofauto’s.
- Het kwaliteitsniveau van het openbaar vervoer niet verder verschralen: het verdient daarom een investering van 0,04% van het BBP jaarlijks.
- Geen dwingende elektrificatie van zwaar transport en bouwmaterieel.
- Geen lappendeken aan milieuzones in steden.
- Economische groei hand in hand laten gaan met technologische verduurzaming. 4 De vliegbelasting afschaffen.
- Geen krimp van Schiphol of andere luchthavens. Commerciële vluchten op Lelystad Airport toestaan.
- Biologische landbouw stimuleren.
JA21 is duidelijk: val Nederlanders niet lastig met klimaatbeleid, dat is slecht voor de bedrijvigheid van Nederland. Het mag alleen duurzamer, als het economisch rendeert is de belangrijkste boodschap.
Sociale infrastructuur bij adaptatie
De WRR schreef in haar rapport ‘Mens en klimaat: De kracht van sociale infrastructuur bij adaptatie’ (2025) dat de focus bij klimaatadapatie nog teveel ligt op fysieke beschermingsmaatregelen en er te weinig oog is voor de ‘sociale infrastructuur’. Daarbij doelt het WRR op sociale weerbaarheid, mensen die elkaar vertrouwen en met elkaar actie ondernemen om zich bijvoorbeeld te wapenen tegen overstromingen en hittestress. Hieronder laten we zien hoe de zes grootste partijen denken over die ‘sociale kant’ van klimaatadaptatie. En we bekijken hoe ze staan tegenover klimaatadaptatiebeleid in zijn algemeenheid.

In ons dichtbevolkte land kan niet alles en zeker niet alles tegelijk. We moeten dus keuzes maken. D66 kiest voor wat goed is voor de generaties na ons en niet langer alleen voor wat economisch het meest oplevert op korte termijn. Voor zo’n aanpak is regie en kracht in de uitvoering van beleid nodig. D66 wil dat de overheid, Rijk samen met provincies en gemeenten, die regie weer actief voeren. Per gebied spreken we met inwoners en betrokkenen over de keuzes die nodig zijn en over hoe die keuzes met elkaar samenhangen. Denk aan keuzes om de krapte op de woningmarkt aan te pakken, de leefomgeving beter in te richten op het veranderende klimaat, de natuur te versterken en de overbelasting van het stroomnet op te lossen. Samen vinden we oplossingen die bijdragen aan een leefbaar en groen Nederland. En door goede samenwerking kunnen verstedelijking, verduurzaming van de landbouw, versterking van de natuur, de energietransitie en klimaatadaptatie elkaar juist versterken.
- D66 wil met de inwoners en andere betrokkenen gezamenlijk werken aan één plan per gebied, met één pot geld.
- Om te bepalen wat we waar doen, hanteren we het principe van ‘water en bodem sturend’. Dat betekent bijvoorbeeld dat we bouwen op hogere grond als er overstromingsgevaar is. En dat we niet meer vee houden dan de natuurlijke omgeving aankan. Zo voorkomen we dat op termijn dure aanpassingen nodig zijn door klimaatverandering en natuurverlies. Ook maken we zo het best gebruik van de eigenschappen van verschillende regio’s voor de activiteiten die we daar doen.
- Bij de bouw van woningen, infrastructuur en industrie moet verplicht rekening worden gehouden met wateroverlast, hitte, droogt en bodemdaling. Dit klimaatadaptief bouwen wordt de norm.
- Het is niet altijd duidelijk wie de risico’s draagt van schade door extreem weer en opwarming van de aarde. Of wie schade vergoedt die niet kan worden verzekerd. D66 wil daarom meer zekerheid over de aansprakelijkheid en afhandeling van klimaatschade voor particulieren en bedrijven.
- We maken steden en landelijke gebieden weerbaar tegen watertekort én wateroverlast.
D66 stelt zowel maatregelen voor die gaan over de fysieke en de sociale infrastructuur, maar de nadruk ligt op fysieke maatregelen: bijv. klimaatadaptief bouwen en klimaatschade. Sociale aspecten worden slechts zijdelings genoemd: zo wil D66 samen met inwoners werken aan één plan per gebied en wil ze steden en landelijke gebieden weerbaarder maken. Het is onduidelijk in hoeverre dat duidt op de sociale kant van klimaatadaptatie.

We trekken ons terug uit het VN-Klimaatakkoord van Parijs en trekken de Klimaatwet in. We schrappen het Klimaatfonds en doeken het Klimaatberaad op. We actualiseren het programma Ruimte voor de Rivier en het Hoogwaterbeschermingsprogramma; dat zet meer zoden aan de dijk dan een beetje CO2-reductie.
- Geen klimaatmitigatie, maar klimaatadaptatie: actualisering van het programma Ruimte voor de Rivier en het Hoogwaterbeschermingsprogramma
PVV zet wel in op klimaatadaptatie (niet in klimaatmitigatie). Echter, PVV zet alleen in op technische/fysieke maatregelen. Het programma Ruimte voor de Rivier gaat vooral over hoe Nederland het hoge water door weersextremen beter en effectiever kan afvoeren. Het Hoogwaterbeschermingsprogramma van Rijkswaterstaat (2024) is er vooral op gericht de dijken in Nederland te versterken en verder uit te breiden. Over de sociale kant van klimaatadaptatie wordt niet gerept.

Nederland is onlosmakelijk verbonden met water. Het is de maritieme (maak-)industrie die ons veel economische groei brengt en de Deltawerken gelden nog steeds als leidend voorbeeld van bescherming tegen hoog water. Het is bovendien van belang dat we ervoor zorgen dat de beschikbaarheid van voldoende drinkwater niet de volgende crisis wordt en belangrijke uitdagingen als het bouwen van nieuwe woningen tegenhoudt.
- Voldoende en schoon drinkwater voor iedereen: We gaan het winnen van nieuwe drinkwatervoorzieningen versnellen door vergunningverlening te simplificeren. Daarnaast stimuleren we hergebruik van water en gaan we de strijd aan tegen vervuiling.
- Rekening houden met water: We houden bij de bouw van nieuwe wijken of bedrijventerreinen rekening met de kwaliteit van de bodem en beschikbaarheid van water. Bij de bouw van nieuwe woonwijken moet de ontwikkelaar maatregelen nemen om goed om te gaan met extreme regenval en met periodes van droogte en hitte.
- Een schone bodem: We zorgen voor een schone bodem door het gebruik van gevaarlijke stoffen terug te dringen. Door een Europese aanpak houden we een gelijk speelveld.
- Een sterke natuur zorgt voor balans: We vergroenen onze leefomgeving, zonder er één groot nationaal park van te maken. Natuur en economie kunnen elkaar juist versterken. Daarom geven we ondernemers en bedrijven de ruimte om bij te dragen aan een gezonde leefomgeving en aan een sterke natuur. Ook zorgen we voor effectief fauna-, natuur- en landschapsbeheer, samen met boeren, jagers en natuurbeheerders. Invasieve exoten zoals de Amerikaanse rivierkreeft moeten effectief bestreden worden.
VVD zet in haar verkiezingsprogramma enkele maatregelen die (indirect) te maken hebben met de fysieke preventieve maatregelen voor klimaatadaptatie (bijv. klimaatadaptieve woningbouw). Over de sociale kant wordt minder gesproken: wel wordt er in relatie met de natuur gesproken over gezamenlijk beheer door boeren, jagers en natuurbeheerders, wat duidt op samenwerking en vertrouwen krijgen in elkaar.

Klimaatadaptatie. Klimaatverandering is steeds zichtbaarder, ook in eigen land. We ervaren hittegolven, wateroverlast, droogte en bodemdaling.
- Steden en dorpen houden we leefbaar door te investeren in schaduwrijke bomen, dijkbescherming, groene daken en wateropvang. Er komt meer ruimte voor rivieren en waterberging. En we investeren in klimaatbestendige landbouw en nieuwe teelten. Vanuit het oogpunt van klimaatrechtvaardigheid geven we hierbij prioriteit aan bescherming van de meest kwetsbare groepen. We zetten in op het versterken van publieke en sociale infrastructuur, zoals het openstellen van gekoelde publieke ruimten tijdens hittegolven.
- Samen tegen hittestress. Steeds hetere en drogere zomers veroorzaken steeds meer hittestress, met name in versteende gebieden. Wij zetten daarom in op meer bomen, groene daken, schaduwplekken en drinkwaterpunten. We helpen bewoners aan goed ventilerende, hittebestendige woningen en zonnewering.
- Maatschappelijk vastgoed wordt aangepakt. Veel maatschappelijke instellingen, zoals scholen, bibliotheken, zwembaden, buurthuizen en sportverenigingen, hebben verouderde gebouwen en hoge energiekosten. Deze partijen worden financieel en met kennis ondersteund in de verduurzaming van hun gebouwen.
- Investeren in de gemeenschap. Fixbrigades en energiecoaches kunnen met kleine ingrepen een groot verschil maken op het energiegebruik van woningen, zoals met tochtstrips, radiatorfolie, ledlampen of het zuiniger instellen van de CVketel. Zij kunnen bovendien een eerste ‘contact achter de voordeur’ zijn, en zo mensen informeren over welke andere verduurzamingsmaatregelen mogelijk zijn.
- Steun voor lokale initiatieven. De laatste jaren zijn op tal van plekken initiatieven gestart voor de verduurzaming van wijken, zoals energiegemeenschappen en witgoedregelingen waarbij huishoudens met een laag inkomen hun oude, energieslurpende koelkast, vriezer of wasmachine kunnen inruilen voor een energiezuinig exemplaar. Dit soort succesvolle initiatieven en regelingen ondersteunen we en breiden we uit.
GLPvdA heeft m.n. maatregelen op de fysieke kant van het klimaatadaptatiebeleid: zo wordt er én gesproken over dijkverhoging en ruimte voor rivieren, maar bijvoorbeeld ook over programma’s van hittestress en investeringen in de gemeenschap. In die laatste maatregelen gaat het m.n. om cohesie die kan helpen om burgers aan fysieke/technische oplossingen van klimaatmitigatie te helpen. Het gaat minder om cohesievorming die helpt bij het veerkrachtig optreden tegen een klimaatramp.

Een weerbare samenleving begint met mensen die verantwoordelijkheid nemen, voor elkaar zorgen en een beroep op elkaar kunnen doen in geval van nood. We zien daarbij de dreiging van hybride oorlogsvoering en versterken onze paraatheid daartegen.
- Er komt een landelijke campagne tegen hittestress.
- De Rijksoverheid, lokale overheden en veiligheidsregio’s zetten samen buurtcrisisteams op van burgers die bij rampen en crises kunnen worden ingezet, gericht op het vergroten van de weerbaarheid. We betrekken de hele samenleving bij veiligheid en crisisbeheersing.
- Er worden nationale scenario’s geoefend waarin alle lagen van de samenleving meedoen zoals bij black-outs en digitale verstoringen. Een jaarlijkse survivalchallenge kan daar onderdeel van zijn. Er worden maatregelen getroffen om de impact van verstoringen in het digitale en energienetwerk, maar ook pandemieën te minimaliseren. Hier is het activeren van de samenleving een belangrijk onderdeel.
- Het CDA wil dat overheden, organisaties en burgers samen bijdragen aan goed waterbeheer. Burgers worden gestimuleerd en ondersteund om water te besparen, regenwater vast te houden en actief bij te dragen aan het leefbaar houden van hun omgeving. Zo vergroten we samen de veerkracht van ons watersysteem tegen droogte, wateroverlast en vervuiling.
- Verzilting, verdroging en vernatting zijn een steeds groter probleem. We stimuleren kennisprogramma’s op verzilting en verdroging door boeren en waterschappen te laten samenwerken met wetenschap, bedrijven en overheid. Zo creëren we klimaatweerbare gewassen die in een verzilte bodem kunnen worden geteeld en zoet water beschikbaar houden. Naast zouttolerante gewassen moeten we ook inzetten op zoetwateropslag in buffers op land om verzilting van agrarische percelen tegen te gaan.
- We ondersteunen energiecoöperaties en bewonersinitiatieven met landelijke regelingen en gerichte begeleiding, vooral bij energiebesparing. Gemeenten spelen hierbij een actieve rol als aanjager. Lokale energiebesparingsprogramma’s, zoals energiecoaches en FIXbrigades, worden wijkgericht opgezet met sterke bewonersbetrokkenheid.
- Projecten met aantoonbaar maatschappelijk belang – zoals het versterken van sociale cohesie, het verbeteren van de leefbaarheid in de regio of het waarborgen van betaalbare en toegankelijke basisvoorzieningen zoals betaalbare woningen – kunnen ondersteuning krijgen van overheden bij het dekken van de onrendabele top. Dat is mogelijk via het gericht inzetten van bestaande financieringsstromen, zoals groene subsidies, lagere grondprijzen voor nieuwbouw of ondersteuning bij het opzetten van publiek-private samenwerkingen en het aanpassen van administratieve regels.
CDA is misschien wel het meest uitgesproken op het gebied van sociale veerkracht, sociale cohesie en sociale weerbaarheid. Niet alleen door daadwerkelijk rampenoefeningen te doen (die trouwens niet in de context van klimaatverandering worden besproken), maar ook door te investeren in buurtcrisisteams, energiecoöperaties en bewonersinitiatieven.
Inzetten op klimaatadaptatie: aanpassen aan het klimaat in plaats van vruchteloze pogingen om het klimaat aan te passen.
- De beste Nederlandse ingenieurs wereldwijd inzetten om in te spelen op de gevolgen van klimaatverandering.
- Kiezen voor aanpassing aan het klimaat door investeringen in dijken, watermanagement en klimaatbestendig bouwen.
- Duurzaamheid alleen ondersteunen als het rendeert. Vergunningsprocedures versnellen we voor kernenergieprojecten en voor aansluitingen op het energienet
JA21 heeft een uitgesproken visie over klimaatadaptatie: dat is de vorm van klimaatbeleid die vooral gevoerd moet worden. Of daarbij gedoeld wordt op de sociale kant van de klimaatadaptatie lijkt niet voor de hand te liggen. Ze lijkt zich met haar focus op ingenieurs vooral te richten op fysieke/technische maatregelen om om te gaan met de gevolgen van klimaatverandering.
Conclusie: Meer klimaatbeleid met oog voor maatschappelijke kant van klimaatbeleid?
De politieke partijen zijn op het moment van schrijven druk verwikkeld in onderhandelingen over mogelijke coalities. Adviesorganen zoals het WKR, SCP en WRR schuiven daarbij regelmatig aan om hun inzichten over klimaatbeleid te delen. Op basis van onze analyse van de zes grootste partijen die op 29 oktober 2025 in het parlement zijn verkozen, verwachten wij echter dat het nog knap lastig wordt om een brede meerderheid te vinden voor het integreren van de sociaal-maatschappelijke kant van klimaatbeleid. Hieronder een aantal belangrijke observaties:
- D66 en GLPvdA besteden veruit de meeste aandacht aan de sociale dimensies van klimaatbeleid. Hun plannen liggen op de vier onderzochte thema’s het meest in elkaars verlengde. Klimaatrechtvaardigheid en solidariteit vormen voor beide partijen het fundament onder hun klimaatvisie. Zij schromen niet om stevig te sturen op duurzame keuzes en vinden dat overheid, bedrijfsleven en burgers hierin gezamenlijk verantwoordelijkheid moeten dragen. Belonen van lage uitstoot en beboeten van hoge uitstoot past in deze benadering.
- VVD en CDA zijn minder uitgesproken over de sociaal-maatschappelijke kant van klimaatbeleid. Voor de VVD staat voorop dat klimaatbeleid de economie en bedrijvigheid niet mag schaden; verduurzaming moet juist economische kansen creëren. Het CDA deelt het beperkte accent op klimaatrechtvaardigheid en burgerbetrokkenheid, maar onderscheidt zich door zijn sterke focus op klimaatadaptatie. Het is de meest uitgesproken partij als het gaat om investeren in sociale cohesie en weerbaarheid: via buurtinitiatieven, verenigingen en zelfs rampchallenges wil het CDA gemeenschappen voorbereiden op crises.
- PVV en JA21 verzetten zich het meest tegen klimaatbeleid in brede zin. Niet de klimaatverandering zelf, maar het klimaatbeleid zou volgens hen leiden tot energiearmoede, economische schade en beperkingen van individuele vrijheid. Alleen op de betaalbaarheid van voorzieningen (zoals openbaar vervoer) en op technische adaptatiemaatregelen vinden zij enige aansluiting bij andere partijen. Voor deze partijen ís klimaatbeleid vooral adaptatiebeleid: hogere dijken, sterkere keringen en meer ruimte voor rivieren.
- Wanneer het gaat om sturing op duurzame keuzes en gedrag, kunnen vooral CDA, GroenLinks-PvdA en D66 elkaar vinden, met gedeelde ambities op het gebied van duurzame mobiliteit, energietransitie en groene industriepolitiek. Op consumptie en voedsel lopen de partijen weer uiteen: D66 en GroenLinks-PvdA gaan het verst in sturing, terwijl het CDA terughoudender is. Daarmee bewegen zij zich wel verder dan bijvoorbeeld de VVD.
Dus, is Nederland klaar voor de sociale kant van klimaatbeleid?’ Ons antwoord: gedeeltelijk. De programma’s van D66 en GroenLinks-PvdA sluiten duidelijk aan bij de adviezen van de WKR, WRR en het SCP. Met het oog op de formatie ligt samenwerking tussen deze twee partijen op klimaatgebied dan ook voor de hand. Het CDA vertoont op onderdelen eveneens overlap. Daarmee is echter nog geen meerderheid verzekerd.
Hoewel de VVD andere motieven heeft — vooral gericht op economische groei — sluit zij zich niet volledig af voor klimaatbeleid en verduurzaming. In een coalitie van D66, GroenLinks-PvdA, CDA en VVD lijkt er ruimte te zijn voor sociaal-maatschappelijk klimaatbeleid: de helft van deze partijen draagt dit sterk, terwijl de andere helft op sommige punten openingen biedt. Wanneer D66 en CDA echter kiezen voor samenwerking met JA21 of de PVV, wordt het zeer onwaarschijnlijk dat de adviezen van de genoemde adviesorganen worden opgevolgd. In dat scenario zou sociaal-maatschappelijk klimaatbeleid naar de achtergrond verdwijnen.
Bronnen:
- BNNVARA. (2025, 12 oktober). Verkiezingen en klimaat: dit zijn de standpunten van de partijen. BNNVARA.
- Boulianne, S. (2018). Mini-publics and public opinion: Two survey-based experiments. Political Studies, 66(1), 119–136. https://doi.org/10.1177/0032321717723507 .
- Christen-Democratisch Appèl (CDA). (2025). Verkiezingsprogramma TK 2025. CDA.
- Democraten 66 (D66). (2025). Verkiezingsprogramma 2025–2030. D66.
- Fairbrother, M., Johansson Sevä, I., & Kulin, J. (2019). Political trust and the relationship between climate change beliefs and support for fossil fuel taxes: Evidence from a survey of 23 European countries. Global Environmental Change, 59, 102003. https://doi.org/10.1016/j.gloenvcha.2019.102003
- GroenLinks–PvdA. (2025). Verkiezingsprogramma 2025. GroenLinks–PvdA.
- Huijnk, W., Willems, R., Verbeek-Oudijk, D., & Van den Broek, A. (Red.). (2025). Kwesties voor het kiezen. Sociaal en Cultureel Planbureau.
- JA21. (2025). Verkiezingsprogramma TK25. JA21.
- Kulin, J. & Sevä, I. (2021). Who do you trust? How trust in partial and impartial government institutions influences climate policy attitudes. Climate Policy 21(1): 33-46. https://doi.org/10.1080/14693062.2020.1792822 .
- KNMI. (2023). KNMI’23-klimaatscenario’s voor Nederland (KNMI-publicatie 23-03). KNMI.
- Partij voor de Vrijheid (PVV). (2025). Verkiezingsprogramma 2025. PVV.
- TNO (2023). Anders consumeren om klimaatdoelen te halen. TNO: november.
- TNO (2025). Het potentieel van leefstijlveranderingen in de Nederlandse klimaattransitie. TNO: juni.
- Volkspartij voor Vrijheid en Democratie (VVD). (2025). Verkiezingsprogramma TK 2025. VVD.
- Wetenschappelijke Klimaatraad (WKR). (2023). Met iedereen de transities in: Richtinggevende keuzes voor een klimaatneutraal en klimaatbestendig Nederland (WKR-rapport 001).
- WRR. Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR). (2025). Mens en klimaat: De kracht van sociale infrastructuur bij adaptatie (WRR-rapport 112). WRR.